dinsdag 27 april 2010

Super-Compressor

Stof en vocht zijn de twee grootste vijanden van een mechanisch horloge. Een uurwerk bestaat immers uit schroefjes, radertjes en andere kleine onderdelen, welke zeer gevoelig zijn voor invloeden van buitenaf. In vervlogen tijden was de grootste uitdaging op horlogegebied dan ook om de kasten goed afgedicht te krijgen. Rolex is door zijn inspanningen op dit gebied (de Oyster-kasten) wereldberoemd geworden, maar vele anderen hebben eveneens een poging gedaan om faam te verwerven op dit gebied. Vanaf de jaren vijftig kwamen deze ontwikkelingen in een stroomversnelling - om eens een leuke woordspeling te gebruiken - door de toegenomen interesse in de onderwaterwereld.



In de jaren vijftig werd de duiksport immers langzaam populairder. Onder invloed van verschillende technische ontwikkelingen, de toenemende welvaart en –niet te vergeten- de film ‘Silent World’ van Jacques Cousteau werd duiken voor particulieren steeds aantrekkelijker en toegankelijker. Onder water is tijd waar mogelijk nog belangrijker dan op vaste wal, en dus was het van het grootste belang dat er betrouwbare duikhorloges werden ontwikkeld. En nu was de afdichting tegen vocht belangrijker dan ooit! Er zijn in vroege jaren verschillende initiatieven geweest die de moeite van het noemen waard zijn: Panerai/Rolex met de Kampfschwimmers, Omega met de Marine en niet te vergeten Rolex met de Submariners. Voor nu zullen we ons echter concentreren op een fabrikant die weliswaar nooit wereldfaam vergaarde, maar die desondanks toch een grote bijdrage heeft geleverd aan de ontwikkeling van duikhorloges: Elvin Piquerez S.A. (EPSA).


EPSA

EPSA was een fabrikant gespecialiseerd in horlogekasten met als thuisbasis Zwitserland. Net als tegenwoordig was het in deze jaren –we spreken eind jaren vijftig- dat horlogemerken gebruik maakten van derde partijen voor de fabricage van bepaalde onderdelen. Nou zou EPSA roemloos ten onder zijn gegaan, ware het niet dat het bedrijf gebruik maakte van een innovatief en uniek kastsysteem: de (super-)compressor-kasten. De naam Compressor refereerde hier aan de gepatenteerde methode van het afdichten (of sealen) van de kast. Maar hoe werkt dit dan en wat is er zo speciaal aan?


Een tekening uit één van de EPSA-patenten

Het ontwerp van de Compressor maakt gebruik van de waterdruk die op de kast aanwezig is onder water. Het is ons allen bekend dat de druk onder water toeneemt, met grofweg één atmosfeer per 10 meter om wat preciezer te zijn. Door deze druk wordt bij de Compressor-kasten het achterdeksel strakker op de kast geduwd, wat mogelijk gemaakt wordt door een veer welke onderdeel is van de dekselconstructie. De deksel drukt dan dus steviger op pakking en de waterdichtheid wordt verhoogd. Om het nog sterker te stellen: meer diepte = meer druk = betere afdichting. Een geniaal en uniek systeem, al gebruikte Omega een soortgelijke constructie voor de kroon op de Seamaster 300 uit de jaren zestig – de Naiad afdichting.


Detail van een Super-Compressor kast. De gele cirkel laat een deel van de veer zien.

Van de Compressor-kasten waren verschillende uitvoeringen in omloop: de Compressor, de Compressor 2 en als sluitstuk de Super-Compressor. De eerste twee types gebruikte het eerder besproken systeem in combinatie met een klikdeksel, waarbij de waterdichtheid dan ook relatief beperkt was. De Super-Compressor daarentegen gebruikte een schroefdeksel, waardoor de waterdichtheid vaak tot 200m of (veel) meer gegarandeerd werd.


Lanco Barracuda met EPSA-kast

Zoals gezegd maakte verschillende fabrikanten gebruik van de kasten van EPSA. Een paar van de beroemdste zijn de IWC Aquatimer, Jaeger-LeCoultre Polaris, Zodiac Seawolf en Fortis Marinemaster. Maar ook minder grote namen als Universal Geneve, Jaquet-Droz, Enicar (met bajonet-sluiting!) en Nivada-Grenchen hadden een of meerdere Compressors in het programma. Let wel; dit zijn slechts voorbeelden, de lijst met merken is schier oneindig.

Enicar Sherpa met EPSA-kast

Ten slotte: veel Super-Compressors hebben een interne duikring die bediend wordt door een tweede kroon. Dit heeft echter niets te maken met de afdichting. Er zijn Super-Compressors zonder deze twee kronen en reguliere kasten die weer wel twee kronen hebben. EPSA is eind jaren zeventig failliet gegaan, maar tegenwoordig zijn de horloges weer buitengewoon geliefd. Ze zijn dan ook vaak contemporain qua maat en vintage qua uiterlijk, een combinatie van eigenschappen die veel mensen aanspreekt. Naar de reden van het faillisement kunnen we elkel gissen, maar waarschijnlijk heeft de voortschrijende techniek (pakkingen, productiemiddelen) een dergelijk gecompliceerde kast onnodig gemaakt. Het grote aantal Compressors wat nog rondzwerft is echter een goede indicatie van de kwaliteiten van deze fabrikant.

Farid el Fehmi & Dale Vito Boom

donderdag 22 april 2010

Heuer is back

Rond 1860 richtte Edouard Heuer het naar hem genoemde horlogehuis op. Niet veel later kwamen ze met het eerste chronograafhorloge op de markt. Vanaf dat moment stond Heuer bekend als HET sporthorloge-merk en werden ze gevraagd voor de tijdmeting van de Olympische spelen van Antwerpen(1920), Parijs(1924) en Amsterdam(1928).





Al vanaf het begin van hun bestaan had Heuer altijd veel aandacht gehad voor reclame en marketing. Er is dan ook verschrikkelijk veel folder- en advertentiemateriaal beschikbaar. Hier een paar voorbeelden:









De Heuer Silverstone is voor het eerst te zien in een folder uit 1976. Nu, meer dan 30 jaar later, is er een re-editie van gemaakt. Dit in navolging van de Monaco, Carrera en Autavia.








Zowel in het verleden als het heden wordt de relatie gelegd met autoracen. Al begin 1900, 1911 om precies te zijn, werden er stopwatches gemaakt voor in de auto’s. Deze dashboard klokken zijn nu een “must have” voor iedere sport auto fanaat.





Voor de horloge liefhebber gaat er niets boven een echt HEUER. Na de zwarte Quartz Crisis investeerde TAG in Heuer wat resulteerde in het nu beroemde TAG Heuer. De link met TAG is heden ten dage niet meer, de naam is echter blijven bestaan. Allicht dat het merk nu ooit terugkeert naar het mooie Heuer? Wie weet..

vrijdag 16 april 2010

La chaux de Fonds 1904




Wellicht een van de oudste foldermateriaal die we in ons archief hebben zitten is een “reclame” krantje uit 1904. Het jaar dat volgens Cartier het eerste polshorloge is gemaakt. Hierover is echter nog niets te zien in Revue International Horlogerie - regio Ch. Nicolet & La chaux de Fonds. Dit laatste stadje staat ook wel bekend als de bakermat van de horloge industrie van Zwitserland. Merken als Heuer, Girard-Perregaux, Omega, Tissot, Longines en niet te vergeten Rolex zijn hier ooit begonnen.

Ook leuk om te zien is de advertentie van Leon Breitling en Longines met hun zakhorloges met stopwatch, toen ook wel Compteurs de Sport genoemd. Breitling gebruikte toen de naam Montbrillant al!

Naast DOXA en Rosskopf is er nog een merk op de achterpagina terug te vinden. Heel ongebruikelijk is er een advertentie als kader om de hele pagina heen geplaatst. Want ook INVAR was trots om uit La Chaux-de-fonds te komen.

Vrijdag!

Het is weer zo ver: VRIJDAG!!

Wat hebben wij vandaag om?

Roel draagt zijn Heuer: bij dit horloge is een groene pvd coating aangebracht. De wijzerplaat is volledig lichtgevend:




Farid draagt vandaag een staal-gouden Datejust met parelmoeren wijzerplaat:



Bram is terug bij zijn oude liefde, de Speedmaster 125.. maar de 1016 bleef toch lonken:



Ondergetekende draagt vandaag een 18078 Day-Date met diamanten op de wijzerplaat:



Toesja heeft haar rolex uit 1949 om gedaan. Nou ja, nu ligt hij even op een advertentie van Rolex uit het zelfde jaar.

Geniet allemaal van het weekend!

woensdag 14 april 2010

Rolex brief uit 1947

We vonden deze originele Rolex brief in ons uitgebreide archief van folders en advertentie. Gedateerd op 23 februari 1949 en werkelijk een vondst voor de ware Rolex collectioneur. Prachtig om te zien is het oude Rolex logo links boven maar nog veel bijzonderder is de naam onder aan de brief.



Het is (Public Relations) Director Rene-Paul Jeanneret. Hij word gezien als bedenker van het Rolex concept “tool watch”. Een visioeneer die o.a. bedenker is van de Exporer, Submariner en de Ture- O- Graph.



In deze brief, die gericht is aan een Rolex dealer staat vrij vertaald:


Tijdens uw bezoek aan Genève in december 1947, hebben wij een 18k goud Datejust uurwerk op consignatie gegeven. Ter waarde van een bedrag van Ch 8000,40

Wij zouden het zeer waarderen als u dit stuk af zou nemen en aan ons zou willen betalen. Zo niet, wees dan zo vriendelijk om ons dit stuk terug te sturen.



Het is momenteel niet meer voor te stellen dat een Rolexdealer horloges op consignatie krijgt en na bijna twee jaar nog een herinnering mag ontvangen of hij nog even wil betalen. Maar twee jaar na de oorlog was ook bij Rolex elke verkoop er een. Mede door Rene-Paul Jeanneret werd Rolex zo degelijk en betrouwbaar als het nu is. Een bijzondere man en een bijzondere brief.

maandag 12 april 2010

10 jaar Planetarium

Planeto Astrolabium

Ter ere van het aanstaande nieuwe milennium introduceerde Christiaan van der Klaauw in 1999 twee nieuwe modellen: de Astrolabium 2000 en de Planetarium 2000. Beide horloges vonden hun inspiratie in het meesterwerk Planeto Astrolabium, maar hadden desondanks toch jáááren van ontwikkeling gekost. De Planetarium 2000 was het kleinste planetarium ooit gemaakt, en het gold dan ook als een wereldprestatie van formaat in horlogeland. Samen met de eerder genoemde Astrolabium 2000 en de Eclips behoort het nog altijd tot de top 3 complicaties van Van der Klaauw en bij alledrie de horloges wordt gebruik gemaakt van geheel zelfontwikkelde modules – een respectabele prestatie. Onlangs presenteerde Van der Klaauw een nieuwe versie van de Planetarium, dus is het tijd voor een klein stuk achtergrond en geschiedenis:


Een vroege Planetarium met Glashütte Original uurwerk

In de eerste serie Planetarium bestond de mogelijkheid te kiezen tussen het welbekende ETA 2824 uurwerk en het kaliber 39 van –toen nog zelfstandig- Glashütte Original. In die tijd adverteerde Dhr. van der Klaauw met de slogan "Hollands vernuft met Zwitserse precisie”, wat niet helemaal goed viel in Duitsland; de toenmalige directeur van Glashutte Original, Dhr. Pfeiffer was hierdoor zo gepikeerd geraakt dat hij Christiaan hier op Baselworld 2000 op aansprak. Het gesprek liep vervolgens dusdanig uit de hand dat de samenwerking per direct werd beëindigt en dat er geen uurwerken meer uitgeleverd werden naar Friesland. Tevens bleek later dat de aandrijving van het kaliber 39 niet krachtig genoeg was voor de gecompliceerde Planetarium-module, aangezien de raderen vast konden komen te staan bij het verzetten van de tijd. De ETA was dus simpelweg de meest geschikte keus en bovendien (niet onbelangrijk) was dit uurwerk goed verkrijgbaar.

Planetarium met ETA uurwerk

In deze eerste serie kon er ook gekozen worden uit twee kastmaterialen (staal of rosé goud) en twee wijzerplaat-varianten. De eerste wijzerplaat had een gladde buitenring met in het midden een geguillocheerde cirkel en geairbrushte Planetarium-ringen in het blauw. Bij de tweede versie liepen denkbeeldige zonnestralen vanuit het centrum weg over de wijzerplaat, met Planetarium-ringen die van licht naar donker liepen. Het horloge groeide zogezegd uit tot een regelrechte klassieker en misschien wel het meest significante horloge wat ooit van Nederlandse bodem is gekomen.


Planetarium wijzerplaat 1


Planetarium wijzerplaat 2

In 2009 werd het jubileum van Christiaan van der Klaauw gevierd, die inmiddels 35 jaar als klokken en horlogemaker aan het werk was. En wat is er dan beter dan een speciale Planetarium? Samen met nieuwe mede-eigenaar Daniel Reintjes werd een gelimiteerde versie ontwikkeld. Bij dit model was de wijzerplaat volledig blauw met diepe reliëf banen, die werden onderbroken door drie cirkels: één voor de datum, één voor de maand en de middelste voor de speciale jubileum-patch. Voor het eerst wordt hier ook gebruik gemaakt van ‘nieuwe’ (want vintage) basisuurwerken, te weten het kaliber AS 1151. Dit uurwerk (tikgetal 28.800, fijnafstelling en geschroefde balans) zullen we in de toekomst in meer topmodellen tegen gaan komen. Overigens had dit tot gevolg dat de gehele Planetarium-module opnieuw moest worden ontworpen, getest en gefabriceerd! In overleg met Amsterdam Watch Company werd besloten om een oplage van 35 stuks uit te brengen, waarvan de eerste vijf in platina en de overige in rosé.

De eerste versies

Het nieuwe uurwerk




Prototype wijzerplaten in detail

De officiële introductie van deze Jubileum Planetarium vond plaats op de AWco-stand bij Juwelen in het Amstel 2009. De deadline leek niet gehaald te worden: het horloge was nog in ontwikkeling en helaas waren enkel nog computertekeningen beschikbaar. Maar op de dag van de opening bracht een van Van der Klaauws naaste medewerkers, Holke Dijkman, ons twee dummie-modellen! Gelukkig maar, want mede hierdoor konden wij een bestelling noteren voor platina 1/5! Later die dag werden ook nog opties gedaan op platina 2/5 en 3/5: ook deze Planetarium was dus weer een schot in de roos.






Verschillende versies in verschillende stadia van ontwikkeling

Inmiddels heeft eerste levering (nummer 3/5) plaatsgevonden, wat een bijzonder trots moment voor zowel het team van Christiaan van der Klaauw als dat van Amsterdam Watch Company. Het model verschilt op verschillende punten van het horloge wat op Juwelen in het Amstel werd getoond: kleur van de wijzerplaat is gewijzigd van blauw naar grijs en de cirkelvormige banen zijn beter verdeeld ten opzichte van de wijzerplaat. Dankzij Holke liggen de schijven van het Planetarium nu bovendien verdiept, wat een bijzonder 3d-effect creëert. De planeten zijn nu handgedraaide metalen bolletjes, anders dan de ceramische kogeltjes op de standaardversie. Anders dan het prototype dus, maar vele malen mooier en nu helemaal ‘af’!


De laatste versie

Een belangrijke mijlpaal die de vermelding waard is, is de productie van deze wijzerplaat: waar deze eerst in samenwerking met een Duitse fabrikant werden gemaakt, wordt inmiddels 80% hiervan in eigen beheer gemaakt. Het vergde enige stevige investeringen (computergestuurde freesmachines) maar het bleek de moeite waard: de afwerking kan nu nóg strakker en de kwaliteit is compleet in eigen handen.

Voor 2010 is ook de standaard-Planetarium gewijzigd en deze is zowel in de folder als op de website te bewonderen. Het model is nu opgenomen in de Masterpiece-collectie, naast de Astrolabium, Venus en de Eclips. Standaard zijn nu het AS uurwerk (rosé-verguld) en gouden rotor ( met gravures door meestergraveur Benzinger). De stalen modellen zijn niet meer opgenomen in de collectie, zodat er alleen nog gekozen kan worden tussen een rosé-gouden of platina model. De klassieke wijzerplaat blijft overigens gewoon leverbaar. Met het nieuwe logo als klap op de vuurpijl is de Planetarium helemaal klaar voor een nieuw decennium!


Het catalogus-shot!

Tekst Roel van den Haak & Dale Vito Boom

vrijdag 9 april 2010

Vrijdag!

Het is mooi weer in Amsterdam en onze dag kan zo beginnen. Inruimen, nog snel een kopje koffie & een glas water, maar dan moeten we toch écht aan de slag. Maar niet zonder traditiegetrouw (goed, we werken er nog een beetje aan!) onze eigen horloges te laten zien op deze mooie vrijdag:

Ik draag vandaag een IWC Ingenieur uit 1952. Dit bijzondere horloge van IWC heeft net als de Milgauss een weekijzeren binnenkast om te beschermen tegen magnetisme. De kast is natuurlijk staal, de zwarte NATO heb ik er zelf opgezet. Stoer toch?p>


Dale kon weer eens niet kiezen, dit keer tussen zijn Zenith El Primiro Calender of de Rolex Submariner #5513 met een camouflage Nato band! Dan maar allebei!

De Rolex Explorer I van Bram is bijna tropical en heeft de kleur van zijn koffie. Bijna dan Bram, nog even doordragen!


Farid houdt van zijn Rolex Sea-Dweller #16600. Losjes om de pols met een koud glas water - laat de dag maar beginnen!

dinsdag 6 april 2010

Kijkje achter de schermen.

U ziet ons altijd in de winkel of op beurzen, maar op de eerste verdieping van de Reestraat wordt het echte werk gedaan. Hier worden de reparaties ingeboekt, uitgeboekt en klanten per telefoon of e-mail op de hoogte gehouden. Momenteel verwerken wij tussen de 40 en 60 reparaties per week en werken met vier vaste horlogemakers die ieder hun eigen specialiteit hebben; daarover binnenkort meer.


Naast reparaties voor klanten moeten natuurlijk ook onze eigen horloges tiptop in orde zijn. Voordat ze worden geëtaleerd gaan ook deze dus éérst naar onze horlogemakers. Vervolgens wordt er een certificaat gemaakt, waar alle nummers, het productiejaar en een foto in komen te staan. Omdat wij naast een uurwerkgarantie ook garantie geven op originaliteit, controleren wij van alle horloges ook (onder andere) het uurwerknummer. Bij IWC en Patek Philippe wordt dit zelfs gecombineerd met een extract uit de archieven van de respectievelijke fabrikanten! Bij deze merken is dan zelfs vaak exact bekend waar het horloge is verkocht en geproduceerd. Dit extract wordt vanzelfsprekend meegeleverd bij de verkoop.
Ook moeten de horloges worden voorzien van een prijs- en etalagekaartje, waar een korte beschrijving op wordt gezet. Na het horloge te hebben gefotografeerd worden de foto’s voor het certificaat geprint, zodat dit tevens als klein taxatierapport kan functioneren. Een selectie van horloges wordt uitgebreider gefotografeerd en vervolgens op de website geplaatst. Hier wordt zowel in het Nederlands als in het Engels een kort maar leuk verhaaltje bij getypt. Deze omschrijving wordt vingervlug maar correct gemaakt en door veel klanten gewaardeerd.


Nu, dit was een klein kijkje achter de schermen bij Amsterdam Watch Company, zodat u een klein idee heeft waarmee wij ons bezighouden. Dus als u zich nog eens afvraagt waar de trap achter in de winkel naar toe gaat: hij leidt naar het kloppend hart van de zaak!